Afscheidsbrief

Ontroerd aai ik het papier zijn vezels
de hanepoten grijpen zorgzaam in elkaar
maar ik zit hier en jank en vouw ezels-
oren denkend verloren aan je doornatte haar

In onze stille rivier hebben we toch gebaad
en ik stak in je haar een dagverse anemoon
voor de weg terug maar het werd te laat
dus we bleven en vreeën onze buiken schoon

We hebben toch plechtige momenten vastgezet
ogenblikken van eeuwig herhalen en extase
maar je schrijft: sorry, het was een fase

Een fase? Het was de opwelling van een slet
alsof het maagzuur even brandde in je strot
maar ik ben in het diepst van mijn ziel bedot

Geef een reactie