Meditatief klussen III

Mijn woonkamer ruikt naar plamuur en stof. In verschillende hoeken van de kamer bevinden zich werkstukken. Ik klus namelijk niet in een werkplaats maar gewoon in de kamer van mijn kleine huurappartement dat ik huur van een vriendelijke jonge vrouw wier kapitaal moet groeien. Dit wordt voorlopig de laatste aflevering, een drieluik dus over meditatief klussen. Heerlijke flauwekul, opgeschreven omdat ik het oprecht ervoor als balsem voor de ziel.

Ik had een bandschuurmachine gekocht via Marktplaats. Een boomlange kerel in een Skoda overhandigde me deze op het station van Hoofddorp. Twee dagen later vroeg ik aan de meneer van de toolstation hoeveel schuurbanden ik nodig had om één enkele tafel van een dikke laklaag te ontdoen. Een stuk of tien, zei hij zonder met zijn ogen te knipperen. De goedkoopste waren € 2,40 per stuk, het zou me meer kosten dan de tafel bij de kringloop had gekost. Dit vertelde ik ook tegen de meneer van de toolstation, met mijn vlotte makkerstem, die ik soms denk nodig te hebben om waargenomen te worden. Ik kocht uiteindelijk een band korrel 40 en een band korrel 80, eerst even uitproberen. De meneer van de toolstation vroeg me om in de papieren catalogus op te zoeken wat het nummer was van de schuurband die ik wilde. Vervolgens vroeg hij me naar mijn adres, telefoonnummer, e-mail. Met mijn vlotte makkerstem zei ik “dat krijgt u allemaal gratis van me hoor”.
– “Daar gaat de factuur naartoe.
“Doen jullie dat om papierverspilling tegen te gaan?”
– “Ja.”
“Ik probeer hier ook papierverschilling tegen te gaan”, zei ik, wijzend op mijn schamele twee schuurbanden die ik tevergeefs in mijn binnenzak probeerde te frotten.
De andere mensen in de winkel hadden grijze gezichten. Mijn vrolijkheid ketste op hen af, en ik droop af.

Er bekruipt me een onzekerheid of ik nu door moet gaan met dat soort anekdotes. What’s the point? Het moet allemaal weer ergens over gaan, het moet beoordeeld worden, de woorden van mijn stuk moeten elkaars handjes vasthouden en een rondedans doen om de merites van de tekst die ze vormen. Het zouden ‘mijn’ woorden zijn, maar ze zijn net zo goed van jou, beste lezer. Ach, écriture automatique, mompelt een hoogleraar, is allemaal al lang gedaan, oud nieuws.

En ik voel weer de aandrang om iets te bewijzen met citaten van Baudrillard, Deleuze, Derrida en Bachelard, een geurspoor te deponeren van intellectualisme, dat kan worden opgepikt door lezers die daar gevoelig voor zijn en zich graag laven aan de gesuggereerde intimiteit van een enigszins van het alledaags plebs afgezonderde discours. Maar ik wil helemaal geen intellectualisme. Dit is niets meer dan de beschrijving van de ervaring van meditatief klussen.

De bandschuurmachine die ik nu tot mijn eigendom mag rekenen (je mag hem altijd komen lenen) beschikte niet over een zak voor de stofopvang.  Ik improviseerde met een broodzak en tape. Dat mag. Ik houd van improvisatie, dat doe ik ook altijd op mijn viool (wat een mooi ambacht is dat toch, vioolbouwen, de precizie die daarbij komt kijken doet me duizelen). Improvisatie gaat me altijd goed af, omdat ik nooit weet hoe het hoort. Ik heb nooit iets geleerd, behalve gisteren en dat heb ik net vergeten. Ik doe dus maar wat, en volg de flow die meandert tussen foutjes en correcties. De flow zelf mag er zijn. Als ik ga klussen is de uitkomst volkomen onvoorspelbaar. Een kras die ergens per ongeluk op komt leidt ertoe dat ik op die plek een haakje monteer om de kras te bedekken; als de fietsenmaker zegt dat ik wel een pallet mag meenemen (fietsen worden op hardhouten pallets over de wereldzeeën gestuurd) ga ik alles van pallethout maken. Misschien wordt het mooi glad als ik de bandschuurmachine erop zet. Het is net echt.

Helemaal echt zal het nooit worden, daar ben ik het type niet voor. Waarom maken we dingen die we niet kunnen eten, terwijl ons lijf al comfortabel is? Willen we onbewust indruk maken op anderen, of op de anderen die we hebben geïnternaliseerd? Ik weet het niet. Het was een lange dag.

Zorg er altijd voor dat je snoer lang genoeg is, zodat je apparaat overal kan komen waar het wezen moet. Draag een mondkapje om je tegen stof te beschermen, handig want die heb je nog liggen van corona. En geluidsbescherming: een koptelefoon met daarop een muts om de koptelefoon te beschermen tegen het schuurstof. Een bewerking rustig voorbereiden, controleren of alles op zijn plaats is voor je begint, werkt heel kalmerend. Ik doe het bijvoorbeeld niet wanneer ik een e-mail schrijf, terwijl dat wel een goed idee zou zijn. Zie? Geleerd van meditatief klussen!

Hoe fijn is het om het juiste gereedschap te hebben. Exact de juiste tool for the job. Het gereedschap dat een verlengstuk van ‘jezelf’ wordt, maar dat zelf is tijdens het meditatief klussen even niet thuis, dus je ziet die verlengstukken voor je werken, een ervaring die misschien nog het meest lijkt op wat mensen met een bijna-dood-ervaring beschrijven. Nu zijn we met onze bouwmarkten in het Rijke Westen enorm verwend. Voor iedere minieme handeling bestaat een perfect stuk gereedschap en je bent een fortuin kwijt als je dat allemaal moet aanschaffen. De meditatieveling waardeert die fijne ervaring van precies het juiste gereedschap, we activeren zo het circuit dat ook perfectie moet waarnemen. Een kruiskopschroevendraaier van precies de juiste grootte, die zo keurig in de schroefkop zingt, zou ons eigenlijk in vervoering moeten kunnen brengen, of eenvoudige verstekbak, een klauwhamer die een spijkertje grijpt, een stukje schuurpapier met de goede korrelgrootte.

Sommige filosofen vergelijken denken graag met werktuiggebruik, maar in mijn geest is het onderscheid tussen werkstuk en gereedschap veel lastiger te maken dan op de klustafel. In de filosofie moet je zo’n onderscheid eerst verantwoorden en daar zitten we al met de gebakken peren. Denk maar aan Hölderlins ur-teilen en het lot dat hij deelde met Nietzsche, nur Narr! Nur Dichter!

Wat er gebeurt tijdens het meditatief klussen is dat ik me bewuster word van die gereedschappen en hun functie. Ze zijn niet alleen Zuhanden maar ook vorhanden, als objecten zoals het werkstuk er zelf ook een is. Misschien moeten we ons gereedschap in ons werkstuk integreren, leidt dat tot de ultieme ervaring van versmelting van ons werktuiglijke denken met de wereld die we zo liefhebben? Wat een fratsen, wat een flauwekul! Een werkstuk gemaakt van schroevendraaiers en zaagjes? Schuurpapier inlijsten?

Een buurvrouw klaagde over lawaai, dus na tienen zwijgen hier nu de motoren. Alleen schuren, lijmen, wrikken, dat mag nog. In iedere hoek van het apartement is wel een projectje: een ideetje voor aan schap, een schoenenrekje, een tekening inlijsten en ophangen, een stoel die geverfd moet worden. Misschien moet ik toch een boorhamer kopen, zodat ik niet steeds de buurman hoef te vragen en me weer klein voel. Maar die dingen zijn duur dus ik wacht er nog even mee. Dat is trouwens ook belangrijk bij meditatief klussen: dat je vantevoren een budget vaststelt en er dan een spelletje van maakt exact zoveel uit te geven (in de bouwmarkt, bij de kringloop, op Marktplaats). Het bedrag dat je uitgeeft kun je vergelijken met ‘officiële’ meditatiesessies. Helaas wordt meditatief klussen niet vergoed door de zorgverzekering, maar dat is eigenlijk ook maar beter. Het is zelf-zorg, dat werkt beter als het de act van zelf betalen omvat.

Ik geniet nog steeds van het meditatief klussen, het gaat niet weg. Iemand beweerde dat klussen ‘diametraal’ tegenover meditatie staat, omdat je je bij meditatie volgens hem van de wereld afzondert. Ik zie dat anders. Je concentreert je op iets dat er altijd is, meestal je ademhaling. Maar wanneer je met je handen bezig bent, de breincircuits activeert die we van homo habilis hebben geërfd, kun je je net zo goed daarop concentreren. Onderwijl laat je alle gedachten toe die komen en laat je ze weer verwaaien. Er bestaan geen foute gedachten (lijkt zowaar wel een kerkdienst hier) en geen foute handelingen. Observeer je handelingen zoals je je gedachten observeert, laat ze begaan, de revue passeren.

De klushandelingen (een plankje doorzagen, een schilderijtje ophangen) zijn duidelijk in de tijd gemarkeerd. Ze gaan vreedzaam voorbij. Dat is met onze gedachten niet altijd het geval: daarom doe ik aan meditatief klussen. Om de liefde voor mijn gedachten te oefenen op de liefde voor wat mijn handen uitvoeren. Het theater van de geest is op tournée in de kamer: dat is meditatief klussen.

 

 

Geef een reactie