In de regen ervaren we nog iets van het natuurgeweld en
we schuilen dan voor de luchtaanval op onze leien daken
tot er is afgewaterd en dikke modderstromen langs de velden
staan – de regen mag na ons de zondvloed veroorzaken
De primitieven vroegen erom, en deden hun regendans
waarna het goot: hun goden kwamen daar niet omheen
de moderne mens is zelf god en koestert zijn nonchalance
van teveel of te weinig hemelwater heeft hij geen
Last. Totdat het water sijpelt en miezert, dan gaat men schelden
als het zeikt en er vieze sluiers uit de grijze hemel hangen
zullen zelfs de bloedeloos afgezonderden, de afgeknelden
naar het hevigste orgasme van een stortvloed gaan verlangen
Naar regendansen en ravage, naar doodsverachting, extase
naar krachtig stampen in blote plassen, wilde kreten
van geluk dat is malsgeslagen, prachtige dansers die in fase
en felle kleuren bewegen – en geen lul die ’t beter kan weten