dromen

wanneer de loomte onder je kruin woont en een geeuw door je lichaam wandelt geef je je over aan de nacht, zie je toe hoe ze paraderen, de koppen die je bedenkt, je plakt ze op de lijven, je zet het geheel op een ijle trein, je drukt ze in hun plaatsen, gordelt ze vast op stijve stoelen en laat ze schuiven in de ruiten. Snorren, brillen, gebitten, schoudervullingen laten zich buigen over het eindeloze bed waarin je ligt.
Dan kom je in actie en zeggen ze rake dingen tegen je. Of stoppen ze je shirt in je broek. Het is keihard werken. Je maakt dierentuinen zonder hokken die nooit af komen en springt dan zelf op de trein. Je komt in steden aan die uit hun voegen barsten, legt daar melkwitte pleinen aan die fonkelen in adembenemende zonnen die je er voor het gemak bovenhangt, je kwakt de terrassen vol met al die mooie mensen en geeft ze in je almacht pistaccio-ijs.

Geef een reactie