Ik bekijk een Youtube-interview met Bukowski. Hij vindt zichzelf heel authentiek wanneer hij zich – anderhalf octaaf onder mij – voorstelt als “the poet”. Met dezelfde rauwe stem leest hij voor uit eigen werk, gediggies over ballenlikken en veel drank.
Charles komt meteen ter zake. Voorspel heeft niets in de literatuur te zoeken volgens hem. Voorpret en voorvocht zou hij het liefst wegwerken met een zakdoekje. Hij heeft een hekel aan geschrijf dat de tijd neemt om een “beeld te creëren” of een “sfeer te scheppen”, van bloedeloze novelles die naar een climax toewerken, die er uiteindelijk helemaal niet blijkt te zijn. Zeg liever direct wat je te zeggen hebt, en “when it doesn’t come pouring out of you, don’t do it”.
Ik vind dat allemaal wel sympathiek. Er wordt teveel geneuzeld. Er zijn teveel verontschuldigende bijzinnen en ja-maren. Teveel angstige clausules, teveel kunstmatigheid van zinnen “die ergens naartoe werken”. In een interview: “We live in the atomic age. You have to have juice in each line.” Ik houd van krachtige taal en zinnen die met atoomkracht inslaan in je hersenpan om daar dagenlang na te dreunen. Da’s allemaal prachtig.
Wat de ouwe dronkenlap vergeet is dat de woorden die hij nalaat, waar hem zoveel om te doen is, onherroepelijk zullen verbleken. Misschien dat zijn rauwe liefdesgedichten in een conserventaal als Latijn kunnen worden vertaald, en wordt hij in 3972 herontdekt en gelezen zoals onze grootouders Ovidius lazen. Maar die kans acht ik gering.
Taalfetisjisme staat stoer, vooral wanneer je zo’n rauwe stem hebt dat de woorden bijna tastbaar zijn als je mond verlaten. Maar de stoerste, de rauwste, de meest “authentieke” verzen klinken het eerst belachelijk wanneer ze zijn losgesneden van hun auteur en het zelf moeten rooien in de meedogenloze syntagmatische chaos. Het meest diepzinnige suïcidegedicht klinkt dan als een volgesnoven Donald Duck die Rammstein zingt. De rake zweepslagen van Bukowski’s erotische vitalisme veranderen over nacht in mierzoete kitsch die verkruimelt tussen onze tanden.