We zitten weer in Berlijn. Door een capricieuze speling van het geluk – dat ons overigens de laatste jaren niet erg vriendelijk is gezind – passen we in onze favoriete wijk op het apartement van een vriendelijke Canadees in ruil voor een fles wijn. Drie weken lang zijn we verzekerd van een bed en een bad, en de Lidl is op steenworp afstand dus we hebben ook brood. Het apartement bevindt zich aan de Paul-Lincke Ufer. Aan de andere kant van het kanaal is de Maybachufer, waar iedere twee weken een gezellige zondagse vlooienmarkt wordt georganiseerd.
Ik zeg vlooien en niet rommel. Dat het spullen zijn die iemand anders heeft afgedankt wil niet zeggen dat ze minderwaardig zijn. Je kunt prima broeken vinden op de vlooienmarkt, aangeprezen door heren die eruit zijn gegroeid en lachend over hun buik strijken wanneer ze zeggen dat het een speciaal Engels exemplaar van tweehonderd euro betreft en ze er dus minstens een euro of acht voor willen. Je komt er prachtige zijden blouses tegen die niet truttig genoeg waren voor de vorige eigenares, of ribfluwelen jurkjes voor je dochter van twee.
Ik ben een tweedehands-fanaat, of, om het gelijk officieel te maken met een Duits woord, een Gebrauchtwarenfaschist. Uit de stellige overtuiging dat we teveel grondstoffen en energie verbruiken gebruik ik het liefst helemaal geen verse grondstoffen. Dit is gelukkig al mainstream wanneer het om een grappig overhemd of nostalgisch speelgoed gaat – maar probeer het eens met sokken en ondergoed en u begrijpt dat ik eigenlijk een gevaarlijke extremist ben.
We lopen langs kleurrijke kooplieden, Miru wil alle schoenen aanproberen, we zien een groep mensen in een halve cirkel luisteren naar iemand met een hang drum op het kleine platform aan de waterkant, we vinden een geruite jurk en een uitstekend overhemd, ik probeer een Afghaanse muts op en vraag me af wat die heeft beleefd, op de brug geeft een vrouw twee plastic pandabeertje aan Miru, die ze bij iedere kraam even parkeert tussen het andere uitgestelde speelgoed.
Elkaar vlooien is een belangrijk sociaal ritueel onder onze harige verwantschap. Naar de vlooienmarkt gaan levert korte gesprekken, sympathieke glimlachen en anecdotes uit een compleet andere belevingswereld op dan onze eigen. Je wordt er rijker van.