Kent u de ervaring dat u zichzelf toestond gebruik te maken van een label om uw gelijk te halen, zonder dat dit label u expliciet werd aangemeten door de psychiatrische industrie? Dat u bijvoorbeeld verwees naar een nooit gediagnosticeerde lichte dyslexie om te voorkomen dat uw spelfouten in verband zouden worden gebracht met een gebrek aan intelligentie? Of dat de kerels onder u tegen een lekkere dronken natte herenzoen in een beschonken nacht aan de eega uitlegden met behulp van de term “bi-curious?”
Toen een paar weken geleden een couchsurfer die me had uitgenodigd om te overnachten in zijn bedstee in de bosrijke omgeving van Arnhem verzuimde om op mijn berichten te reageren, was ik zodanig in de war dat ik in mijn hoofd een kinderachtige film afspeelde: nou, dan ga ik maar nergens overnachten. Dan maar een nachtje doorfietsen. Ik berekende, dat het precies uitkwam want er was tijd genoeg om rond het ochtendgloren in Utrecht te arriveren. Zodra ik het besluit had genomen verdween de stress. Ik wist immers wat me te doen stond: warm blijven en doortrappen langs de Waal, ergens een brug over die majestueuze rivier vinden en dan door de bossen op de Domstad aan. Deze ‘nachtfietserij‘ bezorgde me, zoals ik eerder op deze plek schreef, een sublieme ervaring. Ik, fietsend over de dijken langs de windstille uiterwaarden met het vrijheidsgevoel van de opvliegende wilde ganzen langs de knotwilgen die contourden in de schemering.
Gemenerd die ik ben maakte ik geen melding van mijn hemelse vreugde daar op de dijk toen ik de jongen die me had uitgenodigd een poets bakte. Ik schreef hem een kort bericht:
“Sommige gasten die je eerst uitnodigt en vervolgens negeert kunnen hier moeite mee hebben. Ik had geen slaapplaats en heb dus de hele nacht doorgefiets. Dit heeft ook te maken met mijn lichte autisme. Dit kon jij natuurlijk niet weten. Maar misschien kun je hier rekening mee houden bij de volgende keer dat je iemand uitnodigt.”
In het tweede bericht dat terugkwam gaf deze meneer me gelijk. Ziet u, beste lezer, hoe krachtig dat is, zo’n label? Het is wat de internet activiste Blaire White een ‘currency’ noemt. In online discussies is het goud waard als je je op zo’n label kunt beroepen. In mijn geval steekt er trouwens een kern van waarheid in, omdat een bevriende onderzoeksjournaliste die een boek over autisme schreef vond dat mijn gedrag in aanmerking kwam voor meerdere ‘vinkjes op het spectrum’. Ik vertaalde dit in een officieuze licentie om mezelf, wanneer de gelegenheid zich zou voordoen, licht autistisch te noemen.
Het is natuurlijk van belang geen misbruik te maken van mijn nieuwgeboren identiteit, omdat dit de echte Kim Peeks (op zijn beurt de echte Rainman) van deze wereld, over wie overigens een fascinerende film is gemaakt, reputatieschade zou kunnen berokkenen. Zo luidt dan ook mijn oproep aan mijn lezerschare: ga voorzichtig om met identiteiten die goed in de markt liggen, zeker wanneer u er zelf maar een homeopatisch aandeel in hebt. Dit geldt voor het LGBTQI+ spectrum van genderidentiteiten, ADHD, diverse persoonlijkheidsstoornissen, psychiatrisch gevindiceerde fetisjismen en, om dit rijtje gekscherend te vervolmaken, een gedoneerd D66-lidmaatschap. Mensen: speel uw troef niet te snel uit.
Maar als u dan onverhoopt toch betrapt wordt, zorg er dan voor dat uw patchwork-identiteit geloofwaardig overkomt. Sorry for the mess baby, maar ik ben nu eenmaal een licht autistische dyslectische polyamore saposekuele veganistische agorafobe feeder.