ik kweekte vroeger al rijen zonnen
en verkocht ze dan aan de titanen
die voor hun duistere planeten
sterren verzamelen, als hobby
wacht maar, zon
uw licht ving ik als kind
in mijn navel, wist ik veel
ik had niet dat geëxalteerde, die verering –
u was geen persoon, u was het
die de zandtaarten op mijn
buik bakte
we maten u toen nog geen
grimmige kop aan, zon
we speelden geluk en
hadden meer niet nodig
wacht maar, zon
ziet u, titanen komen sinds
gisteren weer naar mijn zonnewinkel
ze zoeken zich de mooiste zonnen uit
en ik geef leuke kortingen