Welkom terug, geliefde cursisten. Deze cursus, daar wil ik voor herinnerd worden. Vandaag verbeteren we een gedicht over de eeuwige wederkeer; het uitgangsgedrocht gaat zo:
ze zeggen de eeuwige wederkeer is iets abstracts
maar wij draaien gelijke lampen in gelijke fittingenex nihilo ben ik hier komen wonen
we brengen dagelijks een kind naar school
en kinderen zetten onze handtekening op de maanda capo roep ik
zo concreet en urgent mogelijjk
zoals geen zoogdier anders doeteen vader van tweeënzestig
kilo, die nodig aankomen moet
Wederom zien we hier een tafereel gepeperd met een filosofisch idee, maar het geheel is niet adequaat uitgewerkt. Het afsluitende volrijm maakt een mislukte indruk, alsof het gedicht zichzelf te vroeg niet serieus neemt, en dat werkt averechts. Het maakt van dit gedicht een ‘serious mess’ (in het Engels heeft het woord de ontwikkeling doorgemaakt waarop wij hier zinspelen). De aanhef is interessant, maar laten we eens op ons gemak stilstaan bij het beeld dat hier wordt opgeroepen.
Waar gaat dit gedicht over? Het beleven van de eeuwige wederkeer in de concrete realiteit van een moderne mens die ‘lampen in fittingen draait’. Er komt een kind in het gedicht voor, dat is de wederkeer van zijn ouders. Verder komen we niet met dit gedicht. Het ‘ex nihilo’ en het ‘da capo’ zijn overbodig, net zoals het woord ‘urgent’. De verwijzing naar zoogdieren kan eventueel overleven. Het slot is flauwekul. Het gedicht faalt om indruk te wekken, om een sfeer te scheppen waar de lezer in wordt meegesleurd. En dat moet wel onze ambitie zijn!
Laten we eerst Nietzsche zelf aan het woord:
Siehe, wir wissen, was du lehrst: dass alle Dinge ewig wiederkehren und wir selber mit, und dass wir schon ewige Male dagewesen sind, und alle Dinge mit uns.
Denken wir diesen Gedanken in seiner furchtbarsten Form: das Dasein, so wie es ist, ohne Sinn und Ziel, aber unvermeidlich wiederkehrend, ohne ein Finale ins Nichts: »die ewige Wiederkehr«.
wij drinken koffie uit gelijke bekers
zolang al we ons kunnen herinneren ons niet anders
we slapen hand in hand,
hangen dezelfde tekeningen aan de muren
Bij nader inzien is het uitgangspunt banaal effectbejag. Het is belangrijk dat we leren om op tijd te herkennen. Dit soort frasen kan prachtig en poëtisch klinken in onze eigen oren, maar het worden potsierlijke rochels in de oren van onze lezers. Hoe beschrijven we dan het kleine geluk van een stel met een kind dat zich laaft aan de gedachte van de wederkeer en geniet van de eindeloze rij eendere dagen waarop ze hun kind halen en brengen naar school?
tijdens het vrijen denk ik aan de eeuwige wederkeer
uit het niets, orde
ik zing ze zingt onder de douche over de eeuwige wederkeer
Toen ik het perspectief wisselde naar mijn dochter, kreeg ik nieuwe ideeën. Dat is de lering van vandaag: experimenteer met tijden en persoonsvormen wanneer je niet verder komt.
dat het water op het water verliefd is ??
hoe alles voortkomt uit stoom ??
wij ervaren niets dan orde, chaos is een benadering, een theoriebij kunstlicht (?) wrijf ik
dode letters van mijn haarlijn
de kleine orde
de lijnen van je gezicht,
de triomf van je stem (triomf over wat?)
we wonen in een dagenrij,
tot de dagen verzadigd zijn
dat is de eenvoud van zoogdieren (die hoeven we niet expliciet te noemen)
muziek, lief, eeuwigheid
Uw cursusleider kampte vandaag met een schrijfblokkade. Het is dan zaak, om even iets anders te gaan doen. Vertrouw erop dat de juiste woorden later zullen komen. Zoals de eieren van een vrouw, zijn ze er al vanaf onze vroege kindertijd.
eeuwige wederkeer
ik schrijf bij kunstlicht aan een klein bureau
wrijf de dode letters van mijn haarlijnover een kleine orde
de lijnen van je gezicht,
de triomf van je stemals ik hoor hoe je zingt onder de douche
en ik word weer verliefd op je
als het water op je huidik schrijf hoe alles voort blijft komen uit stoom
we wonen hand in hand
in een dagenrij,
verzadigen een eeuwigheid
Ik ben zelf nog niet helemaal tevreden maar we kunnen hier niet eeuwig verwijlen. Commentaren zijn vandaag extra welkom!