Linkse blaf: lijfstraffen

In mijn politieke manifest spreek ik me als enige partij in Nederland uit tegen lijfstraffen. Ik heb me namelijk laten coachen door een onafhankelijk adviesbureau, een leuke vent met een bierbuik, goedlachs ook, uit Schin op Geul. Ik moest meer polemiseren volgens hem. Door de dingen in een ander daglicht te stellen. Er een onverwachte draai aangeven.

Strikt genomen leggen de mensen zichzélf lijfstraffen op. Wanneer ze het erop laten aankomen, zich failliet laten verklaren en braaf meewerken aan het traject dat de ambtenaren voor hem hebben bedacht, zal er hun verder geen strobreed in de weg worden gelegd. Ze zullen hun tijd in de penitentiaire inrichting zonder kleerscheuren doorlopen, ze krijgen er te eten en er is voor tv en vermaak gezorgd. In Nederlandse gevangenissen hoeven ze niet op te passen voor ranzig tuig dat hen uit pure wanhoop anaal verkracht. Ze zullen na vrijlating precies te horen krijgen wat ze moeten doen.

Wanneer ze daarvan afzien moeten ze zelf het geld ophoesten. En dat kan alleen door keihard te bezuinigen op primaire levensbehoeften. Geen verse groenten meer. Geen amaranth en stevia, maar goedkoop wit meel en witte suiker. Geen gezonde vitaminehapjes, maar prik met een fruitsmaakje. Geen olijven, dadels en gojibessen maar ladingen zoute chips.

Daar kiezen ze toch zelf voor, zo gaat de buikreflex van de liberale geest. Ja, dat klopt, pareert hem de linkse rakker met een aura van vooringenomenheid. Ze zijn hun eigen beul. Dat scheelt de staat weer papierwerk. Ze volstrekken de enige resterende vorm van lijfstraffen zelf, buiten het licht van de openbaarheid.

Dit is te gek voor woorden, roept de liberaal. Hij is ondertussen rood aangelopen en zit niet meer in zijn fauteuil. Die mensen weten precies wat de consequenties zijn wanneer ze te hard rijden of sjoemelen met de bijstand. Een hoge boete. En die geven we in een beschaafd land zonder aanzien des persoons.

De socialist blijft zitten en vertrekt zijn dunne mondje. Hij mompelt iets over zelfmoord. Als het zover komt dat de situatie van die mensen uitzichtloos is en ze beginnen te springen, te slikken of te ritsen. Wat dan? Zou je dan eindelijk iets aan hun situatie willen doen? Want waar het op neerkomt is dat er de facto een doodstraf is voor die mensen.

Nu maak je het nog mooier. Hoe kom je in vredesnaam op zo’n achterlijk standpunt? We hebben in dit land geen lijfstraffen, laat staan de doodstraf, en dat willen we graag zo houden. Of zullen we voor jou een uitzondering maken?

Geef een reactie