Een frase komt pas echt tot leven wanneer we haar plotseling overal ontwaren. Onze werkwijze hier is om dit proces af te dwingen. Neem nou lief slecht ding (“want geluk zal collectief zijn, of niet”), de revolutionaire nieuwe dichtbundel van Frank Keizer, en injecteer dit in een andere tekst over een ding.
Ik heb gekozen voor het verhaal “slappe zebra” uit Jip en Janneke IV.
En tante Truus heeft een kadootje meegebracht. Voor Jip.
Wat een lief slecht ding, zegt Jip, Kijk eens Janneke, wat een lief slecht ding.
Het is een lief slecht ding. Het is net een slap doekje.
Maar tante Truus zegt: Je moet het opblazen.
Geef maar hier, dan zal ik het opblazen.