Kerstmis
Speelzaam lokt na Mitras’ maal de grootzweer om de taal te toornen, met hoorns en schelmendom de naargeestigheid in psalmen murw te rossen wij gewijderen van tong, wij in luwte huilende vossen ontossende beeldenstormers, ruw getande poliepen digitale zondagskinderen gelaagd in daguerrotypen onverminderde galjagers in linksdragende lariejaren waar al met al loenzend neohegeliaans gaat paren par …