Welkom terug. Vandaag een lelijk oud gedicht dat op het einde over zijn veters struikelt. Hoe kunnen we die strikken?
Empathie
Ook jij
verlangt naar een moedergrot
met tafereleneen plaats waar de muren zuchten
de planken je kousevoeten niet aanvretendat zie ik toch
aan je glanzende oorschelpenaan je handen zie ik dat, aan de kleine haren op je pols
aan het ritme van je strottehoofd
dat eenzame gevaarteje moet die grot in
aardappels laten overkokenaan het jukbeen zie ik dat
kom maar meejij verlangt ook naar een moedergrot
met vertrouwde spatters op het pleisterwerkje verlangt naar allerlei dieptes
en allerlei dieptes ga ik gevenmaar kruip niet in mijn grot we hebben helder weer
nee, spiegel je naar binnen:want dat zal een spektakel zijn
en jij loopt dan tussen de dingen door,
met een omgekeerde lach.
Ik begrijp niet wat er met een omgekeerde lach wordt bedoeld. Moet dat iets diepzinnigs voorstellen? Het beeld van de geliefden, het tafereel dat zich afspeelt moet in ieder geval duidelijker. Misschien door meer beelden toe te voegen, misschien door juist dingen weg te halen.
Is de taal ‘mooi’? En treft ze het poëtische gevoel? Ik vind van niet. De titel “empathie”? Bij nader inzien volkomen hol: prolezie die uit elkaar valt wanneer je er een keer zachtjes op tikt.
de meidoorn staat in bloei / we wonen in de ingewanden van een gebouw / de tijd is een vlijtig enzym (huh?)
jij / ringeloort mijn dingen /
Het moet veel vrijer, expressionistischer. De taal kan veel meer. Het gedicht wil iemand uitnodigen in de “grot” van zijn taal. Dat vraag om een andere poëtica dan in het stugge uitgangsgedicht. Meer associatief en dissociatief werken, de bladzij is de grot waar de jij wordt uitgenodigd/binnengesleept. Meer modernismen graag!
En nog iets: de jij is (steeds net) niet de lezer; de lezer is stille getuige van een uitnodiging, of voyeur, of we beschrijven een uitnodiging in de verbeelding van de lezer etc. Het is een waaier aan mogelijkheden die in-voeling (empathie) demonstreert. Dat is veel houdbaarder dan zo’n stug gediggie over een ‘moedergrot’.
apeiron_____over een stoel
____zonlicht, snaarloos
____________________________________________WijsGreep
DER GROSSE KONSERVATOR selbst :: gegen die Verfowlung
eppure purr pur
________________purpurworte
Euterpe______________________________aber wirken sie?
Er gebeurt opeens van alles in die grot, de jij kan zich naar binnen spiegelen terwijl de lezer zich aan de jij kan spiegelen. Op deze wijze arbeiden we verder en leveren voor € 1,50 dit op:
apeiron___________________over een stoel
_zonlicht, een fractal cactus laait felr_________________________________ tes pommettes
ood ___________ ondingloos tafereel_______ ______________________ jouw strottehoofd
de muren zuchten zacht als meren________k _______________________ __om maar mee
om warempelig _________er is accumulatie ________ __________
_____________________________________________________________nee, spiegel je naar binnen
____________________________________________wijsgreep
¿DER GROSSE KOℵSERVATOR? __________________________________ e
ringeloort de dingen _______________afwendigining eedat enzaam
________________________________________________________________+_____ en zym
_____endel•mendel•zwendel_____________________ceci n’pas une parodie…
___________•ing____________________B E D E U T U N G S
eppure __________________________________MONOPOL____________________purr pur
________________purpurworte ___Verfoalung
_________________________________________________________aporie
_______________________________________________________